Het was een bouwvallige boerenschuur aan de dijk in Neerlangel. Nu is het een karakteristiek woonhuis met een moderne schuurwoning. Bij die transformatie kwam heel wat kijken, maar dat maakte het voor ‘de jongens’ juist zo leuk, vertelt commercieel directeur Alexander Schoonenberg.
1. Iets kroms recht maken
“De dijkwoning stamt uit de jaren vijftig, maar staat nog op de oorspronkelijke fundering uit de tweede helft van de negentiende eeuw. Omdat het een gezichtsbepalend gebouw is, moesten de gevels blijven staan. Dat vroeg veel voorbereidend werk van de architect en van ons. Eén gevel staat bijvoorbeeld 13 centimeter uit het lood. We moesten iets kroms recht maken, dus er zit nogal wat timmerwerk in. Maar dat is helemaal niet erg, de jongens vinden dat juist leuk.”
Meer informatie?
Commercieel Directeur
2. Binten als eyecatcher
“De woning voldoet volledig aan de meest recente bouwnormen. We hebben binnenwanden gezet en de hele boel goed geïsoleerd. Ook het dak is compleet vernieuwd en verstevigd door middel van een staalconstructie. Daarbij hebben we zoveel mogelijk van de oude dakpannen hergebruikt. Binnen zijn de nieuwe houten binten een mooie eyecatcher en ook nog eens functioneel. En precies volgens de constructie van het oude gebouw bovendien.”
3. Oud en nieuw vinden elkaar
“We moesten vóór de winter klaar zijn met het graafwerk in de dijk. Daarna mag dat namelijk niet meer en moet je wachten tot medio maart. Die deadline vraagt veel voorbereiding en afstemming met de gemeente, provincie en architect. Het oude pand hebben we via een gang aan de nieuwe schuurwoning verbonden. In die gang is de oude buitenmuur deels in het zicht gelaten en hebben we de betonnen vloer op precies dezelfde manier gestort en bewerkt zoals dat vroeger gebeurde. Oud en nieuw is dus helemaal met elkaar verweven.”
Meer informatie?
Commercieel Directeur
